Goede voornemen

De maand dendert over ons heen. December. De maand van de feesten en partijen. De sint is nog niet goed en wel de haven uit als ik de kerstboom weer van de zolder trek. Met gemengde gevoelens haal ik alle kerstzooi te voorschijn. Het varieert van: ‘Gut, wat een leuke ballen heb ik liggen.’ tot ‘Nee, niet dat stomme treintje met dat schelle pokkendeuntje’.

Toch sleep ik alles naar beneden. De boom zet ik in elkaar, de lampjes en de piek gaan er in. En dan ben ik er al weer klaar mee. Het liefst had ik hem weer ingepakt. Vorig jaar stond onze kerstboom op 2e kerstdag al weer op zolder. Maar omdat we kadootjes uit Amerika krijgen MOET die boom staan. Kadootjes horen onder de boom.

Toen mijn jongens thuis kwamen uit school waren ze blij toen ze de halfnaakte kerstboom zagen. Hun gezichtjes straalden en zonder pardon werden de ballen erin gehangen. Hij staat. De kerstboom…

Het leek maar zo kort geleden dat ik dat ding naar boven deed, maar face it: het is een jaar geleden. In mijn hoofd speelt mijn film van 2012 zich af. Wat is er terechtgekomen van mijn goede voornemens, mijn afspraken met mezelf?

Weinig.

Ik had mezelf, en jou, beloofd om te debuteren in 2012. Dát was de enige afspraak die ik maakte met 2012.

En dat is niet gelukt. Natuurlijk is het mijn eigen schuld. Afgelopen jaar was ik een losgeslagen projectiel. Ikzelf was degene die van alles voor iedereen wilde doen. Ik stopte te weinig tijd in hetgeen ik het liefste doe. Dat moet nu anders. Het liefst zou ik je nu willen beloven dat ik volgend jaar debuteer, maar dat durf ik niet hardop te beloven.

Mijn goede voornemen voor komend jaar: meer schrijftijd voor mezelf. En dat betekent ook dat ik weer elke maand op de 21e een blog plaats. Beloofd!

 

© Angelique van Dam december 2012

 

 

Gedoe

Afgelopen zondag maakte ik, zoals alle andere zondagen, mijn boodschappenlijstje van de komende week. De gewone dingen, het zogenaamde ‘boter-kaas-en-eieren’ lijstje.
Mijn auto stond te ontdooien in de opkomende zon. Vandaag geen ruitenkrabben voor mij. Ik checkte de voorraadkast nog een keer om er zeker van te zijn dat ik alleen vandaag de supermarkt maar in hoefde. We hebben familieoverleg gehad over het eten met de Kerst. Alles komt goed. Mij maken ze niet gek.
Omdat het ontdooien van mijn ruiten iets minder snel ging dan verwacht, nam ik een frisse duik op het internet. Het eerste bericht waar mijn oog op viel: Supermarkten op weg naar Kerstrecord. Het CBL verwacht dat de kerstomzet voor het eerst boven de grens van 800 miljoen euro zal komen. Belachelijk!! Ik vraag me dan gelijk af: hoe zit het met de crisis die ons toch allemaal lijkt te treffen? Hebben we het allemaal dan toch niet slechter gekregen dit afgelopen jaar? Of doet iedereen boodschappen op zijn creditcard?

Hoe moet zo’n bericht binnen komen bij de mensen om ons heen die niet een extraatje hebben rond de feestdagen, zich afvragen wat ze in hemelsnaam op tafel kúnnen zetten deze kerst? Ik lees het bericht nog een keer en begrijp het niet. Waarom zo overdreven?

Nou heb ik dat overdreven gedoe van eten rondom de feestdagen nooit begrepen.
Ik eet, ook tijdens de feestdagen, niet meer dan normaal. Ik heb geen vreethaak op mijn broek. Ik eet waar ik zin in heb en als mijn buik vol is dan issie vol. Ik eet niet extra omdat de gastvrouw zo haar best heeft gedaan. Of omdat het ongezellig is als ik niet toch even dit of dat proef.

Als mijn autootje ontdooit is ga ik met een tas vol lege statiegeldflessen richting supermarkt. Ik werk mijn lijstje af en pak de dingen die ik nodig heb. Dan loop ik een bekende tegen het lijf. Zij doet écht nooit zelf de boodschappen, dat doet haar man. Terwijl ik mijn verbazing uitspreek dat ik haar off all people in de supermarkt tegen kom zegt ze: ‘Ja, je kent het, de kerstboodschappen.’ Ze kijkt in mijn karretje en vraagt me of ik het allemaal al in huis heb. Ik kijk haar verbaasd aan en zeg: ‘Dit zijn mijn weekboodschappen’. Ze vertelt me over haar uitgebreide kerstdiner en wat ze daarvoor allemaal nodig heeft. Het water loopt me in de mond, maar ik moet er niet aan denken om zo lang in de keuken te gaan staan om een maaltijd klaar te maken. We hebben het eventjes over het artikel dat ik vanmorgen las. ’Nou december is inderdaad altijd een dure maand met al dat extra eten.’ zegt ze met een schuddend hoofd.
‘Wat eet jij dan met kerst?’ vraagt ze met een schuine blik in mijn karretje.
Ik voel mijn lippen krullen.
‘Eerste kerstdag eten we ergens anders en gaan we gourmetten.’
‘Altijd gezellig, ‘ geeft ze toe. ‘En tweede kerstdag?’ vraagt ze geïnteresseerd.
‘Dan eten we pannenkoeken.’
Je had haar hoofd moeten zien. Volgens mij heb ik haar op een idee gebracht.

© Angelique van Dam – december 2011